Biografie - Een koning in New York

Arthur Simon Flegenheimer, ook bekend als Dutch Schultz, werd geboren op 6 augustus 1902 in New York City. Hij wordt beschouwd als de laatste onafhankelijke baas van de Cosa Nostra en de enige peetvader van de Joodse maffia. Als oudere broer van de kleine Lucy en zoon van Emma werden ze in armoede achtergelaten door hun vader en echtgenoot.

Op 17-jarige leeftijd sloot hij zich aan bij 'The Frog Hollow Gang', de meest meedogenloze minderjarige criminele bende in de Bronx. Gearresteerd voor diefstal werd hij veroordeeld tot 15 maanden in de jeugdgevangenis, waar hij de erenaam Dutch Schultz kreeg.

In 1921 richtte hij zijn eigen bende op, gespecialiseerd in inbraken en overvallen. Vanaf 1925 verkreeg hij met geld en geweld de controle over talloze afpersingen, van clandestiene loterijen tot prostitutie, van nachtclubs tot paardenweddenschappen, werd hij meester van verschillende banken, wolkenkrabbers en twee bioscopen, en legde met woeste methoden, drank en groen bier op aan wie nietbelastingen en bescherming betaalt (met geweld opgelegd), wordt ingewreven met vitriool.

Op 15 oktober 1928 wordt zijn rechterhand Joey Noe vermoord, Schultz realiseert zich dat de aanstichter de Ierse baas Jack 'Legs' Diamond is, die banden heeft met de Italiaanse maffia. Op 24 november wordt Arnold Rothstein, schuldig als huurmoordenaar van Noe, dodelijk neergeschoten in het 'Park Central Hotel'.

In die jaren werd hij 'The King of New York', een terminologie die wordt gebruikt om te verwijzen naar de machtigste en meest charismatische onderwereldbaas van de stad.

Dutch Schultz is een psychopaat, zijn gezicht is altijd ondefinieerbaar geel gekleurd, hij wisselt van stemming van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat en hij schiet zoals weinigen dat kunnen. Zijn bevelen zijn simpel: stel geen vragen, voer opdrachten nauwkeurig uit en observeer, luister en blijf vooral op de hoogte. Tussen 1930 en 1931 nam hij de wijk Harlem over en ontdeed zich van de baas CiroIn augustus 1931 ontsnapte hij aan de veertiende moordaanslag (hij zou er in totaal 26 te verduren krijgen), in opdracht van Jack 'Legs' Diamond en de Italiaanse maffiabaas Salvatore Maranzano.

Op 10 september schakelt hij via zijn bende 'de baas der bazen' Salvatore Maranzano uit (zo wordt hij genoemd, de onbetwiste baas van cosa nostra) en twee maanden later wordt Diamond neergeschoten met acht andere gangsters in zijn dienst.

In hetzelfde jaar maakte Vincent 'Mad Dog' Coll zich los van zijn imperium, richtte rivaliserende organisaties op en deed een aanslag op het leven van de Nederlander, die door meerdere kogels werd geschampt, maar in plaats van zijn beoogde doel te raken, doodde hij een driejarig meisje. Schultz liet een premie van $10.000 op hem zetten en Vincent Coll werd uitgeschakeld.

In 1933, tijdens een vergadering van het misdaadsyndicaat, verklaart hij dat hij de organisatie verlaat om er zelf een op te richten, omdat hij de machtigste en rijkste baas van New York is. Cosa Nostra voelt zich voor het eerst in zijn geschiedenis minderwaardig aan de macht die de Nederlander over heel New York heeft.

Burgemeester Fiorello La Guardia en officier van justitie Thomas E. Dewey 'The Incorruptible' (beiden op de loonlijst van de Italiaanse maffia) verklaren Dutch Schultz tijdens een persconferentie tot 'Public Enemy No. 1'.

Thomas E. Dewey, probeerde Dutch erin te luizen voor belastingontduiking (als Al Capone), in twee processen, op 29 april 1935 in Syracuse en op 2 augustus in Malone; Dutch Schultz werd in beide processen vrijgesproken.

Schultz is omsingeld, het misdaadsyndicaat, de hoge politieke ambten van New York en de Verenigde Staten van Amerika willen hem dood hebben.

Eliot Ness is hiertegen en zegt dat als L'Olandese niet wordt 'geholpen', de Italiaanse maffia sterker en oncontroleerbaarder zal worden.

Op 5 september 1935 moest Abe Weinberg (zijn plaatsvervanger) verdwijnen in een betonnen jas omdat hij hem had verraden aan Cosa Nostra.

Op 23 oktober 1935 in Newark aan de rand van New York City, om 22.30 uur, werden baas Dutch Schultz, boekhouder Otto 'aba dada' Berman en zijn lijfwachten Abe Landau en Lulu Rosenkrantz 's avonds in de bar van het 'Palace Chop House' verrast door negen huurmoordenaars; Schultz opende op dat moment, staande in een aangrenzende kamer, de draaiende halve deuren en schoot met zijn twee .45 kaliber pistolenvier moordenaars die drie anderen verwonden, komt een tweede huurmoordenaar de club binnen en wordt Schultz geraakt met drie schoten, twee in de borst en één in de rug.

Berman en Landau stierven op slag, Rosenkrantz stierf na uren van doodsangst, Dutch Schultz na 20 uur, op 24 oktober 1935.

Een persoon die heel dicht bij Dutch Schultz stond, verraden.

Alles stond klaar om officier van justitie Thomas E. Dewey, burgemeester Fiorello La Guardia en La Cosa Nostra-baas Frank Costello op drie verschillende momenten uit te schakelen.

Er zijn veel films gemaakt en verschillende boeken geschreven over het verhaal van de Nederlander, maar zowel de scenario's als de verhalen vertonen grote hiaten ten opzichte van de werkelijkheid.

Samen met John Gotti, Al Capone en Lucky Luciano (die eigenlijk handelde onder het bevel van Frank Costello), wordt Dutch Schultz in de Verenigde Staten beschouwd als een van de machtigste en meedogenloosste bazen in de geschiedenis van de georganiseerde misdaad.