Biografie van Alida Valli
![Biografie van Alida Valli](/wp-content/uploads/biografia-di-alida-valli.jpg)
Inhoudsopgave
Biografie - Grote klasse van eigen bodem
Als actrice begiftigd met een opmerkelijke interpretatieve gevoeligheid en een melancholische en verfijnde schoonheid, heeft Alida Valli al meer dan zestig jaar een werkelijk zeldzaam talent en stijl laten zien, waarbij ze rollen van grote diepgang vertolkte die haar lieve en droevige gezicht net zo beroemd hebben gemaakt als de delicatesse en gratie van haar acteerwerk.
Zie ook: Biografie van Aretha FranklinAlida Maria Laura Altenburger, barones van Marckenstein en Frauenberg, werd geboren in Pula, Istrië (nu Kroatië, daarna Italië), op 31 mei 1921. Nadat ze het Centro Sperimentale di Cinematografia (Experimenteel Centrum voor Cinematografie) had bezocht, maakte ze haar debuut toen ze nog een tiener was in de film 'I due sergenti' (1936) van Enrico Guazzoni, onder het pseudoniem Alida Valli. Blijkbaar werd de naam gekozen door willekeurig de telefoongids te raadplegen.
Succes kwam in 1939, met twee komedies in het 'witte telefoon' genre, beide geregisseerd door Max Neufeld, zoals 'A Thousand Lira a Month' en 'Unjustified Absence'. Beroemd werd later de scène in Mario Mattoli's 'Stasera niente di nuovo' (1942) waarin hij het beroemde en melancholische lied 'Ma l'amore no' zong, een groot succes in die tijd.
Alida Valli bevestigde haar onmiskenbare dramatische talent met het personage van de ingetogen Luisa in de verfilming van Fogazzaro's beroemde roman 'Piccolo mondo antico' (1941) van Mario Soldati. Daarna speelde ze met aangrijpende intensiteit de tragische Sovjet heldin in het tweedelige drama 'Noi vivi - Addio, Kira' (1942) van Goffredo Alessandrini,samen met Fosco Giachetti en Rossano Brazzi.
Na de oorlog probeerde ze het internationale sterrendom, maar zonder veel succes: in 1947 werd ze geregisseerd door Alfred Hitchcock in de thriller 'The Paradine Case', en het jaar daarop door Carol Reed in 'The Third Man', met Joseph Cotten en Orson Welles.
In 1954 kreeg ze veel bijval dankzij haar pijnlijke vertolking van de gravin Serpieri in 'Senso', van Luchino Visconti, een elegant en somber gekostumeerd melodrama dat een fundamentele gelegenheid vormde voor haar artistieke carrière. In deze rol kreeg ze de kans om haar grote stijl en haar buitengewone dramatische potentieel volledig te demonstreren.
Sinds 1956 heeft ze haar intense filmactiviteit, die na een paar jaar beslist sporadisch werd, geflankeerd met steeds frequenter theaterwerk, wat haar de gelegenheid heeft gegeven haar aanzienlijke expressieve vaardigheden te verfijnen. Tot haar meest intense theateroptredens behoren die in 'La Venexiana' van Anoniemen uit de 16e eeuw (1981), 'La fiaccola sotto il moggio' van Gabriele D'Annunzio (1983), enSuddenly Last Summer' van Tennessee Williams (1991).
De laatste twee filmkansen op hoog niveau werden haar geboden door Bernardo Bertolucci, met 'La strategia del ragno' (1971) en 'Novecento' (1976).
In 1997 ontving ze een Gouden Leeuw op het filmfestival van Venetië, een welverdiende bijdrage voor een actrice met een buitengewoon talent en een kwaliteit die echt zeldzaam is bij binnenlandse diva's, namelijk grote klasse.
Zie ook: Biografie van Steve JobsHij stierf in Rome op 22 april 2006.